Als enige jaren na de verschrikkelijke Allerheiligenvloed van 1570 de Spanjaarden zich terugtrekken naar het zuiden, vluchten er steeds meer Vlamingen naar Holland. In enkele tientallen jaren verdrievoudigt de bevolking. Er is dringend behoefte aan landbouwgrond en als Amsterdamse en Vlaamse investeerders de handen ineenslaan, kan er begonnen worden met het droogmalen van Hollandse meren. Dat slaagt door de getrapte bemaling en er zullen zo’n vijftig meren drooggemalen worden. De beste molenmaker uit die tijd laat zich met een nieuwe achternaam aanspreken: Jan Adriaanszoon Leeghwater.
Kernwoorden: droogmalen, windmolen, poldermolen, korenmolen, getrapte bemaling, Simon Stevin, scheprad, Leeghwater, krukas