De verteller keert terug naar het huis van haar oma, waarvan de aanblik verouderd is. Herinneringen aan gelach en geluk vullen haar gedachten. Bij het betreden van het nieuwe huis van oma, merkt ze veranderingen op, samen met tekenen van gezondheidsproblemen. Toch ontstaat er een bijzonder moment wanneer ze samen op het dak staan en de berg, een constante in het leven van haar oma, opnieuw ontdekken.